Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [47]Wee [48]der veelheid [49]der grote volken, die daar bruisen, gelijk de zeeen bruisen; en [wee] het geruis der natien, die daar ruisen, gelijk de geweldige wateren ruisen! 47. Hier beginnen enigen hfdst.18: omdat hier begint ene profetie tegen de Assyriers en de Moren. 48. De profeet voorzegt hier dat wel vele vreemde natien Gods volk zouden overvallen, maar dat het ten laatste tot hun eigen verderf zou strekken. 49. Die den koning van Assyrie in zijn leger dienen zullen tegen de Israelieten.